Sint-Salviuskerk (protestants)
Sint-Salviuskerk (protestants)
De kerkhofterp van de Sint-Salviuskerk is door een keermuur met een ijzeren hek omgeven. Van de 12de-eeuwse romaanse kerk resteren flinke stukken muurwerk aan de noordzijde. Daar schemeren door het pleisterwerk twee zones van spaarnissen die beëindigd worden door rondboogfriezen. De zuidmuur heeft een duidelijk gotisch karakter. De kerk is in de 14de eeuw namelijk verlengd en in 1504 verhoogd en van een vijfzijdig gesloten koor voorzien. Tegen de muur staan tweemaal versneden steunberen en er zijn zeven grote spitsboogvensters en een kleine boven de westelijke ingang. Aan de zuidzijde zit een hagioscoop die is gevuld met een mozaiek van glasscherven die bij de recente restauratie zijn gevonden. In het koor staat een zandstenen poort met ionische pilasters en een segmentvormig timpaan met symbolen en personificaties van deugden. De poort in de westelijke travee aan de zuidzijde (1650) is van baksteen met banden natuursteen gevormd. De pilasters dragen een doorbroken fronton met een gelauwerde schedel geflankeerd door obelisken.
De vierkante, door een ranke, achtzijdige traptoren begeleide torenromp is twee geledingen hoog. Aan de westzijde zit een zandstenen, rijk geprofileerde nis met de ingang en een groot spitsboogvenster met levendige tracering. De tweede geleding is aan elke zijde versierd met twee ranke spitsboognissen met traceringen. Hiermee houdt de overeenkomst met de vier jaar later gebouwde toren van Tzum op. Hierop volgt een omgang en een achtzijdige bakstenen lantaarn voorzien van een fantasievolle spits. In de 19de eeuw is aan de noordzijde een twee lagen hoge consistoriekamer aangebouwd; de verdieping is voorzien van spitsboogvensters.
Onder het houten tongewelf is de ruime kerkzaal, met een fraaie collectie renaissancezerken in de vloer, voorzien van lichtoker gehout meubilair uit de 17de eeuw. Het koor is met een getimmerde wand afgesloten, tegen de zuidwand staat de preekstoel met een klankbord in de dooptuin en tegen de noordwand is een fraaie reeks herenbanken geplaatst. Het orgel is in 1653 gebouwd door de gebroeders Bader. De kas is gebleven; het instrument is enkele malen gerepareerd en in 1918 gewijzigd.
Locatie
Tsjerkebuorren 1 - 9035BA, Dronrijp
Colofon
Peter Karstkarel