Hantum - dorp in Friesland
Hantum
Hantum is een karakteristiek terpdorp dat enkele eeuwen voor het begin van de jaartelling is ontstaan op een kwelderwal en geleidelijk tot flinke hoogte is opgeworpen. Het komt in het midden van de 10de eeuw voor het eerst in de bronnen voor als Hanaten. De kerk lag, zoals dat wel meer voorkwam, niet in het midden van de terp, maar door afgravingen omstreeks 1900 kwam zij helemaal aan de zuidwestelijke rand van de dorpsterp te liggen.
De dorpskom ligt daardoor ten noorden en noordoosten van de Tsjerkestrjitte, waar de uit 1845 daterende school staat die nu als verenigingsgebouw in gebruik is en daartoe later is uitgebreid. Aan de Grutte Stege, Smidsstrjitte en andere straten en stegen staat een vrij compacte bebouwing van eenvoudige, traditionele burger- en arbeidershuizen. In de loop van de 20ste eeuw is Hantum geleidelijk in oostelijke richting wat uitgebreid en de naoorlogse nieuwbouw kwam aan de zuidoostelijke flank terecht.
Aan de rand van de hoge, afgegraven terp staat de aan het einde van de 12de eeuw gebouwde en aan Martinus gewijde romaanse kerk. Zij is opgetrokken in tufsteen en is op de vensters en de toren na vrij gaaf de tijd doorgekomen. De forse toren met ingesnoerde spits en aan beide zijden onderling verschillende aanbouwsels verving in 1808 een westwerk. In de gotische tijd is het schip enigszins verhoogd en kwamen spitsboogvensters in de zuidelijke gevel. Het koor springt iets in en de halfronde absis springt opnieuw een beetje in. Het tufstenen muurwerk dat vooral aan de noordzijde weinig is verstoord, is versierd met wijde rondboognissen op smalle muurdammen, waarover een kraal loopt. Bij het koor zijn de nissen wat lager en kregen ze ook nog maskers ter versiering. De boogomlijsting en de kraal zijn behakt tot een vertanding. De pastorie in de Smidsstraat is een middengangswoning van het notabele type. Ten zuiden van Hantum is in 1988/’91 een Stoepa, een boeddhistische tempel, gebouwd, een opvallende exoot in het Friese landschap.
Colofon
Uitgeverij: NoordBoek - Auteur: Peter Karstkarel