Triemen
Triemen is een streekdorp dat officieel een vrij jonge leeftijd bezit maar al van hoge ouderdom is. De streek komt in 1467 voor het eerst in de bronnen voor en wordt dan Trema genoemd. Deze moeten we aan het nu onbebouwde Lykpaed zoeken, van De Dôlle tot de Stroobossertrekweg. De streek loopt van west naar oost over de noordelijke rand van het zandplateau van de Wouden. Ten noorden hiervan ligt de laagte van De Hammen en De Warren, waarna de zandrug nog even opduikt.
Op dit ‘zandeiland’ is Westergeest ontstaan, het dorp waar Triemen als buurschap lang toe behoorde. Zelfs Kollumerzwaag, veel verder in het zuiden, hoorde bij Westergeest. Kollumerzwaag vormde in de Middeleeuwen een eigen parochie en dat heeft Triemen niet mogen beleven. Aan het einde van de 18de eeuw is het toch al belangrijk genoeg om bij Westergeest in de Tegenwoordige Staat van Friesland te worden genoemd: ‘In ’t Zuiden, over de Groninger Trekvaart, ligt het buurtje Triemen in ’t geboomte, aan de bouwlanden van Kollumerzwaag en Veenklooster.’
De genoemde vaart is de Stroobosser Trekvaart die Dokkum in 1654/’56 tussen de stad en het Kolonelsdiep aan liet leggen. Dat geboomte is er nog steeds: de woningen en kleine (woon)boerderijen zijn flink in het groen verstopt.
Hoewel Triemen geen kerk bezit, heeft het in 1884 wel een christelijke nationale school, de eerste in de wijde omgeving. De kinderen kwamen van Kollumerzwaag in het zuiden tot en met Oudwoude in het noorden. Later werden in die dorpen ook christelijke lagere scholen gesticht.
Triemen nummer 11 is nu een opgeknapt woudboerderijtje. Het staat op de plaats waar het huis Bommelatijer, een zomerhuis van de grietmansfamilie Van Aylva stond. In 1725 is het huis gekocht door de uit het Nassaugebied afkomstige officier Everhard van Hanecrooth. De Hanecroothsingel herinnert er nog aan. Tussen de oude bebouwing in het westen kwam recent aan de Migchelbrinkwei een tiental nieuwe woningen tot stand.
Colofon
Uitgeverij: NoordBoek - Auteur: Peter Karstkarel