Bezienswaardigheden in Oostrum


Bouwstijl: Gotisch
Datering: eind 15e of begin 16e eeuw, toren 13e eeuw
Restauratie: 1973

Ligging
Het dorp ligt vlakbij Dokkum. Het is gebouwd op een middeleeuwse terp van 4,5 meter hoogte boven NAP. De terp is deels afgegraven. Op de terp staat deze middeleeuwse kerk.

Exterieur
De kerk is van hergebruikt materiaal en met grote vensters, omijst door brede rollagen, eind 15e of begin 16e eeuw ontstaan ter vervanging van een oudere. In 1937 zijn twee zware steunberen tegen de westgevel van de toren verwijderd, waarna deze tot de eerste versnijding bemetseld werd. In 1973 werden alle steunberen weer aangebracht. Op het kerkdak vallen de nog uit de middeleeuwen daterende dakpannen op: de zogeheten nonnen en monniken. De klok is in 1457 door H. Kokenbacker gegoten.

Interieur
Het gotisch tongewelf is in 1821 vervangen door het tegenwoordige. Verder een doophek met grof gesneden fries en vazen uit 1822. De preekstoel heeft een achterschot. Het klankbord en bijbehorende lezenaar is in 1762 gemaakt door Tjeerd Dirks. Op de panelen allegorische figuren van Geloof, Hoop en Liefde.
De muurschilderingen zijn met bruinrode verf op de pleisterlaag aangebracht. Het zijn afbeeldingen van kerken getekend in aanzicht, of als een soort doorsnede of doorzicht. De meest westelijke lijkt op de abdijtoren van Dokkum met ervoor de Kleine Kerk. De beide andere hebben een toren met een hoge naaldspits waarvan één nog een kleine spits op het dak heeft. Op de 16e-eeuwse provinciekaart van Van Deventer hebben de kerken van Kollum, Hantum en Wetsens spitsen.

Huidig gebruik
Er worden nog diensten gehouden.

De kerk staat fraai op het terprestant van het schilderachtige dorp Oostrum. De zware, maar niet hoge zadeldaktoren dateert al van de 13de eeuw. De toren is eenmaal gering versneden en heeft kleine venstersleuven, kleine rondbogige galmgaten en pinakels op de geveltoppen. Het schip, opgetrokken van rode, hergebruikte baksteen, is zes traveeën diep en de muren worden geleed door, deels bij de restauratie van 1974 herstelde, eenmaal versneden steunberen. Aan de zuidzijde staat de ingang onder een segmentboog in een spitsboognis; de overige traveeën zijn door brede spitsboogvensters geopend. De noordelijke muur is blind gebleven totdat in de westelijke travee in 1823 ook zo’n venster werd ingebroken. Aan de borstwering daaronder is te zien dat hier waarschijnlijk een ingang heeft gezeten. Deze noordelijke muur vertelt meer naar het oosten, ook dat er een aanbouw heeft gezeten, getuige de hoge, brede spitsboog in het metselwerk. Op het zuidelijke dakschild liggen holle en bolle pannen, gewoonlijk aangeduid als ‘monniken en nonnen’. En op de naald van het dak staat een windvaan in de vorm van een zeilscheepje.

Inwendig is de torenruimte toegankelijk door een wijde, geprofileerde rondboog. De begane grond is gedekt met een fraai kruisribgewelf. Het schip en koor hebben een houten tongewelf met trekbalken. Op de noordwand zijn tijdens genoemde restauratie 16de-eeuwse schilderingen aangetroffen met ongebruikelijke voorstellingen: drie grote en twee kleine kerken en een toren, alle van een rijzig, gotisch karakter. Naast de preekstoel is bovendien een soldaatje te ontwaren. Een onduidelijk opschrift met het jaartal 1582 geeft waarschijnlijk de datering. Op deze noordwand hangt een viertal ruitvormige rouwborden uit 1645 voor leden van de familie Eelcama. Ze hangen boven de zogeheten Mellemabank met wapens in het rugschot. De preekstoel uit 1768, toen de psalmborden ook werden gemaakt, staat in de koorsluiting en bezit op de kuippanelen gesneden loofwerk en personificaties van Geloof, Hoop en Liefde, gesneden door Dirk Embderveld. Het orgel is afkomstig uit Heiligerlee en is hier in 1963 geplaatst. De kerk is eigendom van de Stichting Alde Fryske Tsjerken.