Het best bewaarde geheim van Friesland ligt waarschijnlijk ten westen van Wolvega: een schitterend gebied dat bij het grote publiek nauwelijks bekend is en mede daardoor zijn authentieke karakter heeft weten te behouden. Uitgestrekte veenpolders, sloten, vaarten, riviertjes, petgaten, moerassen, oude dijken, sluizen, gemalen, molens: liefhebbers van rust, natuur en cultuurhistorie kunnen hier hun hart ophalen. Houdt u van wandelen? Of meer van fietsen? Varen? Paardrijden? Kanoën? Skeeleren? Het kan hier allemaal!
De Grote Veenpolder, zo staat het gebied ten zuidwesten van de Helomavaart bekend. Aan de andere kant van die vaart bestaat het landschap uit een aantal kleinere veenpolders, waarvan de namen in de meeste gevallen niet getuigen van erg veel fantasie: Polder De Ontginning, Hoekstra’s Polder, Polder Oldelamer
In laatstgenoemde polder ligt, tegen de Tsjonger aan, natuurgebied "Het Braandemeer", dat bestaat uit een meertje, graslandpercelen, moeras, petgaten en rietlanden. Iets naar het zuiden ligt nog zo’n schitterend natuurgebied: de Rottige Meenthe. Dit gebied beslaat de oostelijke helft van de Grote Veenpolder die, in tegenstelling tot het westelijk deel, na de afgraving van het veen niet drooggemalen en in cultuur gebracht is. Dat heeft ook hier geresulteerd in een afwisseling van petgaten, rietvelden en moerassen en een zeer bijzondere flora en fauna. Het gebied kan te voet, per fiets of per kano verkend worden. Wilt u een deskundige toelichting, dan bevelen wij de regelmatig door Staatsbosbeheer georganiseerde excursies aan.
Kunst en cultuur speelt een belangrijke rol in de Rottige Meenthe. Het gebied vormt onder meer het decor voor twee, jaarlijks georganiseerde opera’s: Opera-Nijetrijne en Opera-Spanga. In laatstgenoemd dorp bevindt zich ook het (op afspraak te bezoeken) atelier met galerie van keramiste en plateelschilderes Alie Jager en kunstnijverheidsatelier Zink en Zilver.
De Grote Veenpolder is ook in cultuurhistorisch opzicht een zeer interessant gebied. Eeuwen vóór de veenontginning werd hier (door monikken?) de Scheene al gegraven, die het gebied tussen de benedenloop van de Tsjonger en De Linde in tweeën verdeelde. Later werd deze grenssloot verbreed ten behoeve van de turfvaart. Tegenwoordig vormt De Scheene een idyllisch, schijnbaar natuurlijk landschapselement. Waar de Scheene uitmondt in de Helomavaart ligt de Scheenesluis. Vlak daarbij staan twee van de vele watermolens die het gebied van de Grote Veenpolder droogmaalden.
De al eerder genoemde Helomavaart verbindt De Tsjonger en De Linde met elkaar en werd in 1748 aangelegd om de turf per schip af te kunnen voeren. De vaart is genoemd naar de familie Van Heloma, die in 1704 in bezit kwam van de "Weststellingwerfsche geoctrooieerde Veencompagnie". Op de plaats waar de vaart in de Lende uit kwam, werd in 1927 de Driewegsluis gebouwd. Deze in Nederland unieke sluis was nodig vanwege de waterstaatkundige noodzaak om in de Helomavaart, de bovenloop van De Lende én de benedenloop drie verschillende waterstanden te realiseren. Het complex is in 1994 in oude staat gerestaureerd.
De Lende en de Tsjonger komen bij elkaar bij Slijkenburg. Van de oorsprong van dit dorp als verdedigingsschans tegen de Spanjaarden in de Tachtigjarige Oorlog is niets meer te herkennen. Wel herinneren hier de oude dijken aan de tijd dat het dorp nog aan de kust van de Zuiderzee lag. Langs het dorp loopt de N351, die genoemd is naar Peter Stuyvesant, de directeur-generaal van de voormalige Nederlandse kolonie Nieuw-Nederland, waarvan Nieuw-Amsterdam (het tegenwoordige New York) de hoofdstad was. Bij Scherpenzeel, het dorp waar hij opgroeide, staat aan de N351 een monument ter ere van deze belangrijke historische figuur. Een standbeeld van hem staat aan de Tjerk Hiddesweg in Wolvega. Die plaats is onder meer een bezoek waard vanwege Museum Het Kiekhuus en de in molen Windlust gevestigde Oudheidkamer. Nog meer informatie over de lokale geschiedenis wordt geboden door het in de Openbare Bibliotheek gevestigde Historisch Informatie Punt. En als u daar dan toch bent, neem dan ook eens een kijkje in de Kijkzaal, waar wisselende kunstexposities gehouden worden.