Sint-Nicolaaskerk (protestants)

|

Sint-Nicolaaskerk (protestants)


Sint-Nicolaaskerk (protestants)
©: Peter Karstkarel

De aan Sint-Nicolaas gewijde kerk met een smaller koor en een rijzige slanke toren met een kenmerkende spits kwam in enkele fasen in de 15de eeuw tot stand. De toren is mogelijk de oudste van het Drentse gotische type. Dit zijn slanke torens van drie of vier geledingen met meestal aan de westzijde een rijke ingangspartij en in de andere geledingen aan alle zijden een hoge spitsbogige nis met een vorktracering die in de hoogste geleding de galmgaten bevat. Deze torens in Havelte, Beilen, Oosterhesselen, Dwingeloo, Ruinen, Ruinerwold en Rolde worden op vage aanwijzingen toegeschreven aan Johan die Werckmeister, bouwmeester te Ruinen. In de toren van Dwingeloo staat in de westmuur een ingangspartij, een eenvoudige segmentvormig gesloten deuropening met daarboven een diep spitsboognisje met vorktracering. De volgende twee geledingen bezitten diepe nissen, waarvan de bovenste zijn voorzien van galmgaten. Aan alle zijden zitten daar twee sierlijke muurankers. Na het instorten van de spits in 1630 is een jaar later op initiatief van Rutger van den Boetzelaer de opvallende inzwenkende spits met ui-bekroning aangebracht.

De kerk en het iets smallere koor worden in traveeën geleed door nauwelijks versneden steunberen. In elk vak staat een breed spitsboogvenster met vorktracering. In de zuidmuur zit westelijk een ingangspartij, waaromheen de rond schip en koor doorlopende waterlijst als een rechthoekig kader is getrokken. De ingang is gedrukt korfbogig en zit in een spitsbogige nis. Boven de omkadering staat een bijna tot vensterkop ingekort spitsboogvenster. Op de steunbeer ten oosten van de ingang zit een kleine zonnewijzer uit het midden van de 19de eeuw. Ook aan de noordzijde is een (dichtgemetselde) ingangspartij van vergelijkbare vorm te vinden. Een derde ingang staat in het koor. Deze heeft een aan beide zijden beklampte deur met fraaie asymmetrische zwaluwstaartconstructies. Aan de noordzijde is vlak voor de overgang van schip naar koor een kapel uitgebouwd die vanouds heeft toebehoord aan de bewoners van de havezate Batinge. Opvallend in het muurwerk zijn de arceringen in de kleur van de baksteen. De baksteen is grotendeels roodbruin, maar onder meer in de westelijke partij van de zuidmuur en in de plint van de koorsluiting zijn strekkenlagen in een donkerder steen verwerkt.

De dorpsbrand van 13 augustus 1923 heeft tientallen gebouwen in Dwingeloo in de as gelegd. De kerk ontkwam evenmin. Vrijwel alles in het interieur dateert van na deze brand. Het interieur van de kerk is ontdaan van pleisterlagen. Schip en koor zijn door een rondbogige triomfboog van elkaar gescheiden en de boog tussen schip en noordkapel is spitsbogig. Zowel schip als koor hebben onder de vensters diepe spaarnissen. Het schip heeft bij de restauratie van 1923-’25 een nieuw houten tongewelf met trekbalken, korbelen en korte muurstijlen gekregen. Het gewelf kreeg eigentijdse florale schilderingen in art déco-stijl ontworpen door L.A. Kortenhorst. Het koor kreeg op de bewaarde aanzetten van de ribgewelven op kraagstenen met gebeeldhouwde figuren en koppen een nieuw bakstenen gewelf, waarbij op een levendige wijze de gewelfschelpen van helderrode baksteen en de nieuwe ribben van een donkerbruine baksteen zijn gemetseld. Het gewelf van de kapel had geen brandschade. In het koor staat een kinderzerk voor Elisabeth van Echten (overleden in 1600).

In een spaarnis in de noordwand zijn de van Bentheimer zandsteen vervaardigde, beschadigde wapenstenen in hoogreliëf van Rutger van den Boetselaer en diens derde vrouw Batina van Lohn geplaatst. Deze bewoners van de havezate Batinge – Rutger was drost van Drenthe – waren grote weldoeners van de kerk. Naast de nieuwe torenbekroning schonken ze de kerk in 1665 ook een orgel. Ook dit ging verloren, maar de portretten van het echtpaar op de orgeldeuren konden uit de brand worden gered en zijn nabij de kapel tegen de muur geplaatst. De preekstoel is in 1923-’25 vervaardigd en voorzien van snijwerk met bijbelse taferelen van de hand van Roelfien Marissen en J. Bakker. Het orgel, in 1886 gebouwd voor de doopsgezinde kerk in Den Haag, is hier in 1964 geplaatst.

Locatie

Brink 29 - 7991CH, Dwingeloo

Colofon

Peter Karstkarel

© Foto voorblad: Peter Karstkarel
Lees meer